KWARTSIETEN
KWARTSIETEN
De Paleozoïsche kwartsieten zijn schone kwartszandstenen die door kwarts gecementeerd zijn. Als dit cement lateraal afwezig is, dan gaan de gesteenten dus over in kwartsarenieten. De afwezigheid van kwartscement kan een primair gesteente-kenmerk zijn, maar het kan eveneens het gevolg zijn van verwijdering van cement door verwering. Als we dit bedenken, dan is op een gegeven moment de naamgeving van het gesteente niet direct iets om je over op te winden. Het is ook niet direct bepalend voor de lithostratigrafische eenheid waartoe een materiaal gerekend moet worden. Waarom deze regels geschreven? Omdat jaarlijks uitgebreid (academische) discussies plaatsvinden tussen studenten over het feit of een gesteente nu kwartsiet, kwartsietische zandsteen, zandige kwartsiet, danwel harde zandsteen moet worden genoemd.
Het is mogelijk om zandsteen-niveau’s plaatselijk op kwartsiet te doen lijken door een hoeveelheid kwarts hydrothermaal, langs spleten, in het gesteente op te nemen. Over het algemeen is in het gesteente dan ook een sterke kwarts-dooradering zichtbaar. Dergelijke verkwartste materialen zijn vaak gebonden aan verschuivingszones. Deze zijn dan ook meermalig herkenbaar door het optreden van series van kwartstorens. Deze karteren we daarom ook als afzonderlijke elementen.
KWARTSIET
Dipslope vormende kwartsiet niveaus (Macizo de Tremedal ten zuiden van Orihuela).
Sterk gediaklaseerde vlakliggende kwartsieten eindigen met een steilwand tegen een grasveld, getuigend vam de aanwezigheid van een verschuiving (Macizo de Tremedal, Hermitas van Orihuela).
Een kwartsiet anticline steekt omhoog uit het bos en wordt daardoor zeer duidelijk zichtbaar. Begroeide zones door de anticline wijzen op breuken.
Macizo de Tremedal: zeer sterk gediaklaseerd kwartsietniveau’s vormen duidelijke ruggen. Op de achtergrond de Jurassische kalken aan de noordoost zijde van de Macizo.